Droedelen
met Erasmus
Droedelen (ook wel doedelen genoemd, of
doodling) is gedachteloos tekenen, ter ontspanning of om je te
concentreren. Het zijn de krabbeltjes
die je maakt als je aan de telefoon bent, of als je je verveelt tijdens een
vergadering.
Het is tekenen zonder dat het iets hoeft te
worden. En dat maakt droedelen heel geschikt voor mensen die op zoek zijn naar
creativiteit, en die niet zo goed durven. Misschien heb je er last van dat je
vindt dat het ook echt mooi moet worden. Bij droedelen speelt dat allemaal
niet. Alles is goed, alles kan, en het hoeft niet mooi te zijn. Het gaat vooral
om de activiteit, niet om het resultaat.
De Erasmus expositie ‘Ik wijk voor niemand’ in
Museum Gouda (2016) was mijn aanleiding om opdrachten uit te werken rond het
thema ‘Droedelen met Erasmus’. Sindsdien zijn deze opdrachten ieder jaar weer
extra toepasselijk tijdens het Middeleeuwse festival Zotte Zaterdag, waar
Sketchcrawl Gouda onderdeel is van het programma.
Erasmus beschouwde zijn boeken als
gebruiksvoorwerpen waarin je mocht tekenen en schrijven. En dat deed hij dan
ook. De droedel opdrachten zijn geïnspireerd op Erasmus. Als je tijdens Zotte
Zaterdag langs komt bij Sketchcrawl Gouda, dan vind je de droedel-opdrachten op
losse werkbladen. Maar ik deel ze de komende tijd ook via deze site en social
media kanalen van Sketchcrawl Gouda. Vandaag de inleiding en deel 1. Veel plezier ermee!
Materiaal
Droedelen
is de gemakkelijkste hobby die je kunt verzinnen. Je gebruikt gewoon de
materialen die je in huis hebt. Pennen, stiften, fineliners, alles is
goed.
Speciaal papier
zoals een schetsboek is eigenlijk ook niet nodig. Je kunt droedelen in je agenda,
op de krant, in een boek, waar je maar wilt.
En in dit boekje.
Iedere lijn die je
zet mag blijven staan, dus ik bied
tijdens workshops expres geen potloden en gummen aan. Maar als jij graag
met potlood werkt: prima.
Je kunt droedelen
in één kleur, of in allerlei kleuren. Nogmaals: alles is goed. Doe waar je zin
in hebt.
Eerst even
een warming-up
Eerst een opdracht
om erin te komen. Teken een grote, pagina vullende vorm zoals een
vierkant, cirkel of rechthoek. Dit is je kader.
Zet je pen of
stift ergens op dat kader en ga tekenen in de vorm, zonder je pen van het
papier te halen. Je kunt lussen tekenen, of rechte lijnen met hoeken. Je mag
het kader raken en over je eigen lijn heen gaan.
Vul de vorm met je
lijnen tot je denkt dat het vol genoeg is. Eindig dan op dezelfde plaats waar
je begon.
Je hebt nu een
willekeurige vlakverdeling gemaakt, en
die kun je (als je wilt) om-en-om vullen, als een schaakbord. Of je vult enkele
willekeurige vlakken in, ook goed.
Vul de vlakken in
met patroontjes die je herhaalt.
Bijvoorbeeld: arceringen, ruitjes, bolletjes, krullen,
stippen, bloemen. Kijk eens om je heen naar vormen en materialen die je na zou
kunnen tekenen. Afkijken mag!
1.
Droedelen in letters
Je kunt je
serie Erasmus-droedels beginnen met een titelblad. Teken zelf je tekst in grote
letters of gebruik het bijgaande voorbeeld. Je kunt ook een lettertekst maken
in je tekstverwerker en dat uitprinten en gebruiken.
Vul de letters op
met patroontjes.
Misschien heb je zin om er nog wat dingen bij te schrijven,
tekenen of plakken (collage). Ik knip
vaak dingen uit folders van een expositie, en na het inplakken doedel ik er omheen.
(Hé, dit is eigenlijk een nieuwe opdracht…)
Het is trouwens
erg leuk om grote letters uit de hand te tekenen. Schots en scheef, laat ze
maar een beetje dansen. Misschien je eigen naam.